Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Toen zond Amazia boden tot Joas, den zoon van Joahaz, den zoon van Jehu, den koning van Israel, zeggende: Kom, [16]laat ons elkanders aangezicht zien. 16. Dat is, laat ons tegen elkander strijden. Alzo onder, vs.11; idem hfdst.23 vs.29; 2 Kron.25:17,21. Het schijnt dat hij den dood zijner vrienden door dezen aangenomen krijg heeft willen wreken, waarvan te zien is boven, hfdst.9 vs.27, en hfdst.10 vs.14, of immers de moedwilligheid en roverij der afgedankte Israelieten, in zijn land geschied; zie daarvan 2 Kron.25:13.